Portugal is een eigenzinnig wijnland met veel authentieke, inheemse druivenrassen en daardoor ook originele wijnen. Voorbeelden zijn de blauwe baga, touriga nacional en castelão, en de witte loureira, arinto en rabigato. In de meeste gevallen bestaan Portugese wijnen uit complexe blends van drie of vier tot soms zelfs tientallen druivenrassen. Portugals grote trots is natuurlijk port, de wereldberoemde versterkte wijn uit de Dourovallei. Tegenwoordig ligt het accent echter steeds meer op droge rode en witte wijnen met een lager alcoholgehalte.
Net als buurland Spanje kent Portugal grote klimaatverschillen tussen noord en zuid. Vinho Verde is koel, nat en groen; Douro heeft een continentaal klimaat met extreme temperaturen; Alentejo is door en door mediterraan en op het eiland Madeira, voor de kust van Afrika, zijn de omstandigheden subtropisch. Dat wordt weerspiegeld door de wijnen uit die gebieden. Portugal heeft als herkomstbenaming voor zijn beste wijnen de Denominação de Origem Controlada (DOC); landwijnen vallen onder de noemer Vinho Regional.
Een van de oudste (1715), en ook een van de beste Porthuizen met een topwijngaard waar ook de Legendarische Nacional wijn vandaan komt. Deze port uit het jaar 1970 is dan ook een topper die nu mooi op dronk is maar nog langer mee kan..
Het huis Silval is gelieerd aan Quinta Noval, en heeft daarmee ook een hoge kwaliteitsfactor. Deze Port uit het zeer goede jaaar 1970 is dan ook een van de betere wijnen tegen een nog redelijke prijs.
Deze Port van het huis Borges is uit hete superbe jaar 1970. Vol en krachtig van smaak en nog zeer goed enkele jaren houdbaar.